In de 8e en 9e eeuw deed zich in Scandinavië een ware bevolkingsexplosie voor. Dat feit, in combinatie met een gebrek aan carrièremogelijkheden voor de jongere zonen uit de adelsgeslachten, leidde tot een lange reeks ontdekkingsreizen, strooptochten en min of meer permanente vestigingen buiten Scandinavië. Kleine groepen Vikingen stichtten kolonies op IJsland, Groenland en Vinland (vermoedelijk Newfoundland) en drongen diep door in Rusland, waar zij rond Kiev een eigen staat stichtten. Binnen Europa vestigden ze zich onder meer op Sicilië en in Normandië, en uit onze vaderlandse geschiedenis kennen we ze vooral van de herhaalde verwoestingen van het legendarische Dorestad.
De eerste berichten over invallen van Noormannen (die overigens hoofdzakelijk afkomstig waren uit Denemarken) dateren al uit de jaren van Karel de Grote, maar pas tijdens Lodewijk de Vrome werden de enorme verwoestingen die door deze avonturiers werden aangericht, een groot probleem. Dat kwam vooral hun hit and run-tactiek: tegen de tijd dat de bevolking de verdediging had georganiseerd, waren de aanvallers alweer verdwenen.
Een van de oplossingen die voor dit probleem werden aangewend, was het belenen van een belangrijke roverhoofdman met een graafschap of hertogdom, onder voorwaarde dat hij dit gebied voortaan zou beschermen tegen zijn landgenoten. Daarnaast werd overgang tot het christendom op prijs gesteld.
In Nederland verwierf een zekere Rorik deze positie. Of het veel heeft geholpen, valt moeilijk vast te stellen. Af en toe belemmerde hij groepen Noormannen de doorgang, maar evengoed wees hij andere groepen de weg naar het achterland, of breidde hij zijn gebied gewapenderhand uit. Bovendien vertrok hij soms voor enkele jaren naar Denemarken om daar zijn belangen te behartigen. Al met al was hij gedurende 30 jaar een factor van belang in de kuststreek.
Zijn rol werd in 882 overgenomen door Godfried de Noorman, die net als Rorik de titel hertog kreeg toegekend. Godfried stelde zich echter niet tevreden met zijn ambtsgebied en eiste in 885 ook wijngaarden aan de Moezel op. Als afgezanten stuurde hij twee vazallen naar de keizer, Gardolf en Gerulf. Mogelijk hebben beide mannen gemene zaak gemaakt met de keizer en een valstrik voorbereid, zeker is dat niet. Vaststaat wél dat Godfried werd uitgenodigd voor nadere onderhandelingen in Spijk en daar verraderlijk werd vermoord.
Gerulf reageerde direct en greep de macht in Holland.* Vier jaar later zou hij officieel als graaf worden erkend door de Oost-Frankische koning Arnulf van Karinthië. Deze Gerulf wordt beschouwd als de stamvader van het Hollandse huis.
__________
* De naam ‘Holland’ verschijnt eigenlijk pas kort na 1100 in de bronnen; vóór die tijd werd het gebied West-Frisia genoemd.
[10 november 2021]
2 gedachten over “3 Noormannen”