10. Nog een koninklijke schenking

Ik ben een tijdje uit de lucht geweest, maar hier ben ik dan weer. In deze aflevering opnieuw een schenkingsoorkonde, in de volgende aflevering een handzame samenvatting van het voorafgaande en daarna hoop ik dan eindelijke ter zake te komen. Nog even doorbijten dus.

Koning Koenraad I van Oost-Francië (zie aflevering 7) werd opgevolgd door Hendrik de Vogelaar (919-936), de grondlegger van het middeleeuwse Duitse Rijk. In 925 zag deze kans om zijn macht uit te breiden over Lotharingen, het noordelijke deel van het oude Karolingische middenrijk, en vanaf dat moment tot de Vrede van Munster in 1648 maakte Nederland deel uit van het Duitse Rijk.

De kleinzoon van Hendrik de Vogelaar, keizer Otto II, overleed in 983 in Rome. Zijn zoon Otto III was op dat moment nog slechts 3 jaar oud, maar volgde niettemin zijn vader op. Geheel probleemloos ging dat niet – zijn verre neef Hendrik van Beieren wierp zich op als tegenkoning – maar uiteindelijk werd de zaak in der minne geschikt. Otto’s moeder en zijn grootmoeder traden voorlopig op als regenten.

Graaf Dirk II van Holland had aanvankelijk de kant van tegenkoning Hendrik van Beieren gekozen, maar was tijdig van partij veranderd. Uit dank hiervoor ontving hij een aanzienlijke schenking, die is vastgelegd in een oorkonde uit 985. Hieronder een sterk bekorte vertaling.

In naam van de heilige en ongedeelde Drie-eenheid.
Otto koning bij de gratie Gods.
Wij willen al onze getrouwen – nu en in de toekomst – laten weten dat wij op grond van een gelofte en uit liefde voor onze dierbare moeder, de verheven keizerin Theophanu, en op advies van onze getrouwen Egbert, de eerbiedwaardige aartsbisschop van Trier, en onze neef Hendrik, hertog van Beieren, aan onze trouwe graaf Dirk in eigendom schenken:
– al wat hij tot nu toe in leen heeft gehouden tussen de rivieren de Lier en de IJssel (…),*
– alles wat hij met onze koninklijke toestemming in leen had in het dorp Zonnemaire (…),*
– ook wat hij van ons in leen hield tussen de rivieren Medemelacha en Chinnelosara gemerchie (…),*
– bovendien alles wat hij van ons in leen had in de gouw Texel (…).

Midden-Nederland omstreeks 1050. Ontleend aan: http://www.keesn.nl/vlaard/index.html

Met name de schenkingen in Maasland (‘tussen de Lier en de IJssel’) zouden van groot belang blijken. Van hieruit konden de toegangswegen tot het achterland via de Maas en vooral via de Merwede worden beheerst en Dirks kleinzoon, graaf Dirk III, zou deze positie ten volle gaan uitbuiten.

__________
* De Lier was een stroompje in het Westland, met de IJssel wordt de Hollandse IJssel bedoeld (zie bovenstaand kaartje van Midden-Nederland omstreeks 1050).  Zonnemaire is dorp op Schouwen-Duiveland. De Medemelacha en de Chinnelosara gemerchie – beide ongeïdentificeerd – lagen waarschijnlijk ten noorden van het IJ, in Kennemerland.

[15 februari 2022 / 20 februari 2022]

Inhoud.

Eén opmerking over '10. Nog een koninklijke schenking'

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: